vrijdag 8 augustus 2025

"Je kúnt ook geluk hebben" (volgens Koos van Zomeren)

Na een medische tussenstop vanochtend was er nog even tijd om op de Fyts te stappen om de stramme wachtkamerbenen te strekken en de gemaaide polder af te speuren naar gevogelte. De opbrengst bij dat laatste viel me niet mee; dus niet verder langs de Achterdijk maar na de Molenbuurt de dijk op en even afstappen bij de Honswijkerwaard. De toppen van de inmiddels rood aanlopende Meidoorns bekijken kan de moeite waard zijn: Een verre Buizerd, Houtduiven en wat meeuwen op de bakens in de achtergrond. Hé een “robotapje”.
Een erg lichte vogel in top trekt mijn aandacht. De wind waait me hard tegemoet dus de vogel zit daardoor voorovergebogen en met zijn staart naar me toe. Iets in me slaat alarm; Grijze wouw? Kan het geen Stormmeeuw zijn? Die heb ik wel eens op dode staketsels gezien, maar in de top van een meidoorn? Maar hoe waarschijnlijk is zo’n zeldzaamheid uit het diepe zuiden? Ik heb spijt als haren op een hond dat mijn telescoop thuis is gebleven. Nadat de vogel even z’n gezicht laat zien; met maskertje (!!!) en daarna zijn vleugels even strekt stuur ik een SOS naar Herman: “ Help, ik heb iemand met een telescoop nodig!”. Ik zet de waarneming on-line. Herman zit in het buitenland maar meldt: “Bram is onderweg, vanuit Lopik”. Voordat die arriveert krijg ik het nog even benauwd wanneer Eksters de wouw belagen. Ze worden gelukkig snel afgepoeierd. Bram arriveert, zet zijn scoop op de vogel waarna de euforie er mag zijn: Grijze wouw; hier, voor onze neus, zelf gevonden in eigen “werkgebied”.
Er arriveren meer waarnemers, waaronder een paar bekenden: Paul uit Culemborg, Jeroen die op zijn fiets vanuit Zeist (!!) de dijk op komt stormen en snel een blik door de telescoop werpt en Jan - Andries was er ook weer snel bij deze keer. De vogel blijft er rustig onder, stijgt even op om hoog met hangende poten, biddend te jagen, keert na een duikvlucht met een flinke woel- of veldmuis terug naar zijn meidoorn en begint te eten. Na nog een paar blikken door de aanwezige telescopen en met de bedankjes van medevogelaars op zak, fiets ik naar huis.
Vrijdagochtend blijkt de vogel er nog te zijn en het lijkt me goed om de werkelijkheid van gisteren, nog eens beter in te laten dalen vandaag. Er is aardig wat volk op de been, maar echt druk is het gelukkig niet op de dijk. Zonder de adrenaline en nu mét m’n eigen telescoop en koffie bij de hand, sta ik te genieten van de rustende, jagende en vretende prachtvogel. Zijn jachttechniek is gruwelijk effectief: Hij zit voortdurend vanuit zijn zitpost de omgeving af te speuren, met ogen (én oren ?), vliegt resoluut op, staat even hoog te bidden en heeft na de duikvlucht bijna elke keer een prooi te pakken. Dat gaat echt efficiënter dan wat ik zie bij Torenvalken. Ineens vliegt de Grijze wouw op, wint hoogte, draait een paar keer over ons heen, vliegt eerst naar O en dan hoog naar Z om daar uit zicht te verdwijnen. Bijzonder om te zien hoe anderen ervan genoten en errug jammer voor diegenen die net te laat kwamen. Deze zelf ontdekte lifer, gaat me nog lang bijblijven. Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2010 - 2025