zaterdag 30 juni 2012

Juni is niet saai !


Ik hoor wel eens natuurliefhebbers die blijven volhouden dat juni de saaiste maand van het jaar is. Nou kun je inderdaad stellen, dat in deze maand gemiddeld wat minder zeldzame vogelsoorten naar Nederland afdwalen dan in de andere maanden. Maar zelfs dat is dit jaar moeilijk vol te houden (zie: Dutchbirding) en getuigt daarnaast naar mijn mening van een erg armetierige manier van natuurbeleving. Moet je kijken wat er in juni bijvoorbeeld in de Steenwaard viel te genieten aan prachtige vegetaties met Margrieten, en Kaasjes, Knoop- en Kruiskruid

Juni vegetatie Steenwaard
En je hoeft echt niet ver te fietsen. Langs het Tetwijkse fietspad ligt naast de rietput een stukje sloot dat anders is dan de rest van de sloten. De bodem heeft er een andere samenstelling vermoed ik, waardoor de begroeiing er anders is. Dat zie je in de sloot maar ook aan de structuur van de vegetatie op de wal. Op het talud staat ranje havikskruid de spot te drijven met de prestaties van de Nederlandse voetbalprofs in juni. Knap hoe de zaadjes van zo’n plantje juist dit randje hebben gevonden dat voldoet aan de eisen die zij aan hun leefomgeving stellen waardoor ze zijn uitgegroeid tot een mooie populatie.
ranje havikskruid; Tetwijkse fietspad
Even verderop langs de Achterdijk op een hek en wat heining palen hield een groepje Boerenzwaluwen met jongen een van hun altijd levendige vergaderingen. En dat is minder vanzelfsprekend dan het lijkt wanneer je in aanmerking neemt hoe koud het is geweest deze lente, hoe hard het heeft gewaaid en wat voor plensbuien we hebben gehad. 5000km hebben ze gevlogen vanuit hun winterverblijf en dan in zo'n voorjaar voldoende insecten weten te vangen om deze jongen op de wieken te krijgen; inderdaad deze zwaluwouders hebben een topprestatie geleverd !



Jonge Boerenzwaluwen; Polder Blokhoven, Achterdijk
 Thuis komt zo nu en dan een Goudvinkmannetje wat bessen eten uit ons krentenboompje; prachtig gekleurd beestje dat ik zelden in de directe omgeving van ons huis tref. De soort staat bekend als schuw, maar de Britten noemen hem shy (=verlegen) en dat vind ik veel beter bij zijn gedrag passen. In elk geval krijg ik niet de tijd voor een foto; kijken kan ook genieten zijn. Onze koolmezen staan op uitvliegen en het Mottenkruid, m'n favoriete tuinplant, bloeit. Zal juli net zo “saai” worden?
Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2012

zaterdag 23 juni 2012

Laatste ronde


Door een dichtzittende drain is er een flinke lange plas ontstaan langs een greppel op het pas gemaaide “15 juni perceel”. De vogels hadden hem sneller ontdekt, dan Jan de drain weer gangbaar kon maken. In elk geval waren we er vroeg genoeg bij om een poosje lekker te vogelen en te genieten, want zo’n drassig stuk heeft een magische aantrekkingskracht op steltlopers. Er zaten 16 Tureluurs, waarvan een deel in juveniel kleed (dus dit jaar uit het ei gekropen). Nou kunnen juveniele Tureluurs er knap verwarrend uitzien en we zaten daardoor lang te turen op een exemplaar met een erg lichte buik en geprononceerde wenkbrauw-streep. Eigenlijk hadden we Bosruiter al doorgestreept op grond van vleugeltekening, maar thuis met een van ver genomen foto op de PC bij de hand, denk ik dat het toch een Bosruiter is geweest. Scholeksters en Kokmeeuwen kwamen er foerageren of een bad nemen en natuurlijk Nijlganzen (een grasakkervogel met een zonnige toekomst zullen we maar zeggen).
Een enorme opsteker waren die 8 Grutto’s waarvan 6 in juveniel kleed (!!). Ik ben er net zo blij mee als met die Kraanvogelwaarneming een paar dagen geleden. En of ze nou hier in ons gebied groot zijn geworden of elders maakt me dan even niet uit, maar we konden in elk geval weer eens met eigen ogen waarnemen, dat er in Nederland  nog jonge Grutto’s op de wieken gaan. Je herkent de jongen aan hun meer gedempte kleuren, het ontbreken van donkere strepen op de flanken, een relatief korte snavel en mooie lichte randjes aan hun mantelveren. De plaatjes zijn van ver genomen, maar laten de belangrijkste kenmerken nog wel zien (TIP: Klik op een foto voor een grotere weergave tegen donkere achtergrond. Bovenste foto: links 3 juveniele vogels, rechts adult met rode pijl aangeduid).

23-06-2012: Juveniele Grutto's in Blokhoven !!

Eigenlijk kwamen voor een controle van de laatste legsels: Eén Tureluur-legsel bleek nat en koud; verlaten, het andere, werd succesvol uitgebroed en had het maaien, schudden en kuilen doorstaan. 


Lege doppen en schilfers: uitgekomen. Koud en nat, verlaten

Ook de twee laatste Kievit-legsels werden succesvol uitgebroed. Jan kan z’n batterijen en heiningdraden voorlopig opruimen. We maken een praatje met hem in de ruimte van de polder en genieten samen van z’n tevreden herkauwende koppel  koeien:

Jan's koppel koeien.

Ons tweede lustrum van samenwerken voor de weidevogels zit er op; we begonnen in 2003. En laat ik dan de manier waarop sinds die tijd de samenwerking is verlopen en het feit, dat anno 2012 bijna een kwart van de legsels in het werkgebied van de  "de Houten Snip"op dit bedrijf werd gevonden goed tot me doordringen dan kan ik niet anders dan opnieuw met instemming Koos van Zomeren citeren: “Je kúnt ook geluk hebben”
 Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2012

donderdag 21 juni 2012

Kranen

We waren ver van huis, tussen de Hondsrug en Buinerveen in een ongekende ruimte waar het on- Nederlands stil is. Voor zolang het duurt want er wordt aan dit land nog niet voldoende verdiend: (Buinerveen-tegen-windmolenpark). Het bord langs de weg verbiedt harder te rijden dan 30km maar het profiel van de weg is zo scheef en het wegdek zo slecht dat je het wel uit je hoofd laat om hier een overtreding te begaan. Vogels waren er minder dan ik had verwacht maar toch: Gele kwikstaarten, Rietgorzen, Graspiepers, jagende Bruine kieken (de grauwe hebben we gemist). De zang van Veldleeuweriken was niet van de lucht! En dan het geruststellende geluid van een Kwartel; ’t kun minder” zeggen ze hier. In het verre oosten vang ik de vlucht van een viertal grote vogels in mijn kijker. Trage vleugelslag lange nekken. Laag en traag komen ze steeds dichter bij en na een aarzelende zoekvlucht landen ze juist buiten ons blikveld, maar onderweg heb ik ze al thuis kunnen brengen: Kraanvogels. Voorzichtig rijd ik de auto een stukje over de weg hun kant op wetende dat deze soort erg schuw is; "op elke veer een oog heeft" wordt wel van ze beweerd. Ongezien kan ik uitstappen en van achter de auto de vogels goed bekijken en zelfs een paar foto’s maken. Ik kom er niet helemaal uit of het een gezinnetje betreft. In elk geval zijn er twee vogels in volwassen kleed. De twee andere exemplaren hebben meer bruin op hun mantelveren (suggereert jonge vogel) maar ook iets rood op hun kop. Vogels van vorig jaar? Het feestje wordt verstoord door twee in hun auto patrouillerende jagers die de vogels het luchtruim laten kiezen.

21-06-2012: Alerte Kraanvogel; Buinerveen

21-06-2012: Vier Kraanvogels; Buinerveen

 “Mythische vogels die symbool staan voor een lang leven, vol geluk, hoop en voorspoed” zo besluit het artikel in het Dagblad van het Noorden over broedende Kraanvogels in het Dwingelderveld en dat ik juist vanmiddag van m’n ouders had mee gekregen. Zie:  Kaanvogels-Dwingelderveld.
 Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2012

dinsdag 19 juni 2012

Verkeerde been


Het gebeurt me wel vaker dat ik buiten helemaal op het verkeerde been wordt gezet of aan tunnelvisie lijd. Je kunt soms een bepaalt verwachtingspatroon hebben van wat je aan soorten dieren of planten zou kunnen verwachten. Omdat je op iets leuks, iets bijzonders hoopt, of omdat de vegetatie of het biotoop waarin je rond struint je dat doet verwachten. Maar nu verwachtte ik niet iets speciaals hier; feitelijk zat ik gewoon een beetje te niksen en van mijn koffie en boterhammen te genieten: Met de rug tegen het schrikhek,  de gracht van Fort Honswijk achter me en zicht op het begin van het innundatiekanaal en een gemaaltje. Lekker weer en buiten.


Er klinkt gespetter tussen het riet dat heftig beweegt. “Muskusrat”, concludeer ik impulsief. Het beest is niet zichtbaar omdat het achter het riet ploetert, ook al zit ik een stuk hoger dan het NAP van de rietkraag. Het “gedoe” beweegt zich langzaam naar rechts en dan van me af aan de rechteroever. Even zie ik een glimp van een bruin beest dat water achter zich opwerpend onder duikt, de rietkraag weer in beweging zet en even later weer boven komt. De kop wordt snel onder water gestoken, maar aan de nek heb ik genoeg om mijn vergissing te onderkennen. Het is geen muskusrat maar een “snorkelende” Fuut die zoveel misbaar maakt:


Eigenlijk had ik beter moeten weten want ook in de sloot achter ons huis heb ik dit gedrag wel waargenomen. Je ziet zo’n Fuut dan druk snorkelend meters oevervegetatie afspeuren en steeds kort duiken in het ondiepe water op zoek naar iets eetbaars.
 Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2012

woensdag 13 juni 2012

“Wat is het hier mooi”


Stelt de dame verwonderd vast, wanneer ik haar vanaf het Werk aan de Groene Weg de route heb gewezen naar de Korte Uitweg. Die is nog niet zo eenduidig wanneer het, zoals bij mij, pas achteraf doordringt dat het Fort aan de Korte Uitweg aan de Lange Uitweg ligt. Als ze snel door is gereden kan ik niet anders dan haar gelijk geven. De hoge populieren en oude fruitbomen op het werk, geven een veilig gevoel van beslotenheid. De betonnen groepschuilplaatsen zijn al zodanig bemost en in het landschap opgenomen dat er geen enkele dreiging meer van uit gaat. Het diffuse grijzige licht houdt alle details zichtbaar, er is geen wind en het is hier stil. (TIP: Klik op de foto's voor een grotere weergave tegen donkere achtergrond):


En dan dat jongvee: Nog niet zo lang gelden had je in zwart-wit denkend Nederland het contrastrijke zwartbont en in mildere streken roodbont vee. En kijk nu eens hoe de kleuren van de allochtone dieren hier voor me zich voegen in dit landschap? Met een vleugje bewondering stel ik vast dat de jonge dames weliswaar kennis nemen van mijn aanwezigheid, maar zich daar verder niet aan storen. Ze lijken zich als vanzelfsprekend bewust van hun exotische schoonheid en stralen een rustig zelfvertrouwen uit.


Deze fortificatie van de Hollandse waterlinie is nog een beetje vergeten en tot nu toe ontsnapt aan de nieuwste “ontwikkelingen”. De knotploeg van de milieu werkgroep Houten ( Link naar Trefpunt, Link naar MWH) verrichtte wat onderhoud aan de fruitbomen maar verder wordt het nog even met rust gelaten. De grootste attractie van dit moment is deze ezelin met haar veulen:


Maar verder is er niets te beleven en dat mag wat mij betreft zo blijven. daarom zal ik er verder maar over zwijgen. Voor je het weet wordt het ontdekt en tot project verheven met alle gevolgen van dien:

Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2012

zondag 10 juni 2012

Ruigte en een beetje riet

In TROUW stond afgelopen donderdag een artikel dat me trof: “Oudere boer let meer op duurzaamheid dan jongere”. De resultaten van een promotieonderzoek geven aan dat oudere boeren (rond 55 jaar) meer boeren met het oog op wat goed is voor mensen, bodem en biodiversiteit, en dat de jongere (gemiddeld 33 jaar) meer gaan voor de winst. Nou kun je natuurlijk hopen, dat die jonge boeren anders zullen gaan boeren wanneer ze ouder worden, maar het kan evengoed zijn dat dit niet gebeurt en, dat als die oudere agrariërs stoppen met boeren, er steeds minder op duurzaamheid gelet zal worden. Laat ik me hier beperken tot wat daarvan het effect zal zijn op biodiversiteit en die modekreet gewoon uitleggen als: "Dat wat er behalve het gewas in al haar verschijningsvormen leeft op het boerenland". Dus bodemleven, kriebelpoten, fladderaars, planten, priksnavels, kromsnavels, zwartrokken, pluimstaarten en andere creaturen die het platteland laten leven. Daar kan ik kort over zijn: dan gaat het gewoon door wat we nu onder onze ogen zien gebeuren; dan gaat de Grutto de Veldleeuwerik achterna en zullen Kievit en Scholekster spoedig volgen. Ik hoop natuurlijk dat het nieuwe GLB (= gemeenschappelijke landbouw beleid) van de EU en de daarin benoemde EFA’s (= Ecological Focus Area’s) het tij zullen keren. Maar kijk eens naar de uitwerking? Melkveehouderijen blijven buiten schot en hoeven alleen maar hun product subsidies (= directe inkomenssteun) te incasseren. En de invulling van die EFA’s is dermate vaag dat het altijd wel zal passen in de reguliere bedrijfsvoering en geen effect zal hebben op de achteruitgang van biodiversiteit. Wanneer wordt de agrarische sector eens echt voor de keuze gesteld?:
  1. Boeren zonder (directe of indirecte) productsubsidies, het vrij gekomen geld én bijbehorende grond overhevelen naar natuur. En dat laatste dan wel op fietsafstand graag en gewoon op voormalige landbouwgrond midden tussen het boerenland.
  2. Kiezen voor biodiversiteit (zie hierboven voor wat ik daar mee bedoel) in het boerenland, daar voldoende oppervlakte voor ter beschikking stellen en EU geld voor gebruiken.
De eerste keuze hoeft overigens niet beroerd uit te pakken voor de natuur en de mens die daarvan kan genieten. Kijk maar eens wat er gebeurt wanneer je boerenland aan haar lot overlaat en vernat; de natuur grijpt onmiddellijk haar kans. Op de drogere stukken zullen prachtige speerdistels  opschieten die, nog nauwelijks uitgebloeid, door Putters ontdekt zullen worden om er van de zaden te komen genieten (TIP: Klik op de foto's voor een grotere weergave tegen donkere achtergrond):

Voorheen "Distelvink"
Als de wilgenstruiken voldoende boven de ruigte met lisdodde en brandnetels uit steken zal de Bosrietzanger verschijnen; een onooglijk bruingroen vogeltje dat fantastisch kan zingen en zo ongeveer alles na kan doen dat geluid maakt. Pas hoorde ik er een die perfect Kool-  én Pimpelmees imiteerde. Individuele vogels van deze soort lijken te verschillen van karakter, sommige blijven in de dichte ruigte onzichtbaar andere laten zich met wat geduld zelfs fotograferen:

Bosrietzanger
In de natste stukken zou heel goed ook de zang van een Blauwborst kunnen gaan klinken. Neem de tijd en voldoende afstand en hij zal zijn favoriete zangpost weer opzoeken:

Blauwborst

Ik wil maar zeggen, je hoeft niet voor de tweede optie te kiezen, want je kunt het niet vol blijven houden dat boerennatuur de enige natuur is die de EU- (c.q. belasting-) gelden waard is. Maar maak in elk geval een echte keuze.
Nog een andere interessante uitkomst van dit onderzoek: “Geen van de geïnterviewde boeren trok zich veel aan van zijn omgeving, de mening van familie, collega’s of publieke opinie”. Dat lot zal dan ook dit blogje wel ten deel vallen.
 Alle teksten en foto's ©Sjerp M. Weima 2012